Een ouder overlijdt en terwijl je nog midden in het regelen en rouwen zit, popt er een brief van de Belastingdienst op. Moet je nu al erfbelasting betalen over je kindsdeel, ook als je nog niets ontvangt? In dit artikel leg ik je stap voor stap uit wat het kindsdeel is, wanneer erfbelasting verschuldigd is en hoe je onaangename verrassingen voorkomt. Je krijgt heldere voorbeelden, actuele vrijstellingen en tarieven voor 2024 en 2025, plus praktische tips uit mijn adviespraktijk. Zo ga je met vertrouwen en rust door dit proces.
Wat is het kindsdeel precies?
Het kindsdeel is het wettelijke erfdeel van een kind uit de nalatenschap van een ouder. Bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap met kinderen en zonder testament geldt vaak de wettelijke verdeling. De langstlevende partner krijgt dan alle bezittingen en schulden, terwijl ieder kind een vordering in geld krijgt op de langstlevende. Je ontvangt dus niet meteen geld of spullen, maar je hebt wel een recht dat later opeisbaar wordt.
Die vordering wordt een niet opeisbare vordering genoemd. Opeisbaar wordt zij meestal pas bij overlijden van de langstlevende ouder. Soms is in een testament geregeld dat de vordering eerder opeisbaar is, bijvoorbeeld bij hertrouwen, faillissement of opname in een zorginstelling. Welke regeling geldt in jouw situatie hangt af van het wel of niet bestaan van een testament en de precieze tekst daarvan.
Wanneer betaal je erfbelasting over het kindsdeel?
Scenario 1: Wettelijke verdeling zonder testament
Overlijdt de eerste ouder terwijl de ander nog leeft en is er geen testament? Dan ontstaat direct een vordering van het kind op de langstlevende ouder ter grootte van het erfdeel van het kind. Voor de erfbelasting telt die vordering meteen als verkrijging. Is de waarde boven de vrijstelling, dan is erfbelasting verschuldigd, ook al ontvang je nog geen euro. In de praktijk schiet de langstlevende ouder die belasting voor en wordt het betaalde bedrag verrekend met jouw vordering.
Belangrijk om te weten: bij de waardering van jouw vordering kijkt de Belastingdienst naar de leeftijd van de langstlevende en of er rente is afgesproken. Hoe jonger de langstlevende en hoe minder rente, hoe lager de contante waarde van jouw vordering en dus hoe lager de eerste heffing kan uitpakken. Dit voelt soms tegenintuïtief, maar het is logisch omdat je statistisch langer moet wachten op uitbetaling.
Scenario 2: Met een langstlevendetestament
Veel testamenten regelen een soortgelijk resultaat als de wettelijke verdeling, maar voegen extra spelregels toe. Zo kan het kindsdeel eerder opeisbaar worden bij specifieke gebeurtenissen, zoals hertrouwen of verkoop van de woning. Toch verandert dit meestal niets aan het fiscale moment. De erfbelasting over jouw vordering is doorgaans verschuldigd direct na het eerste overlijden. De vraag of je het geld al krijgt, staat dus los van de vraag wanneer je belasting betaalt.
In sommige moderne testamenten wordt met hulpmiddelen als een opvullegaat of tweetrapsmaking gespeeld met de timing en de verdeling van de heffing. Daarmee kun je belasting naar het tweede overlijden verplaatsen of het totaal drukken. Laat je hierover goed adviseren, want de werking is technisch en maatwerk loont.
Scenario 3: Overlijden van de langstlevende ouder
Wanneer de langstlevende ouder overlijdt, gebeurt er tweeledig iets. Ten eerste wordt jouw oudere vordering op de langstlevende opeisbaar en moet die uit de nalatenschap van de langstlevende worden uitgekeerd. Daarover betaal je géén erfbelasting meer, want die is normaliter al na het eerste overlijden geheven. Ten tweede erf je nu mogelijk ook uit de nalatenschap van de langstlevende zelf. Over dat deel betaal je opnieuw erfbelasting, voor zover jouw vrijstelling wordt overschreden.
Wie doet aangifte en wie betaalt de erfbelasting?
De Belastingdienst stuurt meestal binnen vier maanden na overlijden een aangiftebrief. De wettelijke termijn om aangifte te doen is acht maanden na overlijden. Bij een wettelijke verdeling doen zowel de langstlevende als de kinderen aangifte als hun verkrijgingen boven de vrijstelling uitkomen. Praktisch gezien schiet de langstlevende ouder de belasting van de kindsdelen voor, omdat de kinderen nog niets ontvangen. Dat voorschot verkleint de vordering van elk kind op de langstlevende.
Kun je niet direct betalen omdat het vermogen vooral in de woning vastzit, vraag dan tijdig uitstel aan. Kort uitstel is meestal eenvoudig te regelen. Voor langer uitstel kan zekerheid worden gevraagd. Meer achtergrond over in termijnen of met uitstel betalen vind je hier: belasting in termijnen betalen.
Hoe wordt de waarde van het kindsdeel berekend?
Stap 1: Breng de nalatenschap in kaart
Inventariseer de bezittingen en schulden van de overledene. Denk aan banktegoeden, beleggingen, woning, auto, eventuele lijfrentes of een onderneming, minus schulden zoals hypotheek of leningen. Waren je ouders in gemeenschap van goederen gehuwd, dan is de nalatenschap in beginsel de helft van het gezamenlijke vermogen. Waren er huwelijkse voorwaarden of privévermogens, dan kan de verdeling afwijken.
Stap 2: Verdeel de nalatenschap
Bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap met kinderen zijn de partner en alle kinderen in beginsel voor gelijke delen erfgenaam. Zijn er drie kinderen en een partner, dan kent de nalatenschap vier gelijke erfdelen. Onder de wettelijke verdeling gaan de bezittingen en schulden naar de partner. De kinderen krijgen ieder een gelijkwaardige vordering in geld op die partner, ter grootte van hun erfdeel.
Stap 3: Bepaal de fiscale waarde van de vordering
Voor de erfbelasting wordt de vordering vaak niet op de nominale waarde gesteld, maar op een lagere contante waarde. Twee factoren zijn hier bepalend. Ten eerste de leeftijd van de langstlevende ouder. Hoe jonger die is, hoe langer de te verwachten looptijd voordat jij jouw vordering kunt opeisen. Ten tweede eventuele rente die op de vorderingen is afgesproken. Is er geen of te weinig rente, dan verlaagt dat de waarde van de vordering voor de kinderen en verhoogt het de fiscale waarde voor de langstlevende. Is 6 procent samengestelde rente afgesproken, dan worden er doorgaans geen voordelen of nadelen meer bijgeteld of afgetrokken in deze berekening.
Rentevarianten uitgelegd
Geen rente afgesproken: de Belastingdienst rekent met leeftijdsfactoren die het voordeel voor de langstlevende en het nadeel voor de kinderen weergeven. Dat leidt tot verlaging van de belastbare verkrijging van de kinderen en een verhoging bij de langstlevende.
Minder dan 6 procent samengestelde rente: het voordeel voor de langstlevende en nadeel voor de kinderen wordt berekend over het verschil met 6 procent, vermenigvuldigd met een leeftijdsfactor. Daardoor daalt de belastbare waarde bij de kinderen en stijgt die bij de partner.
Exact 6 procent samengestelde rente: ieders verkrijging wordt in beginsel belast op nominale waarde. De gedachte is dat de kinderen voldoende gecompenseerd worden en de langstlevende geen voordeel meer heeft van het blijven gebruiken van de erfdelen.
Meer dan 6 procent samengestelde rente: om bovenmatige belastinguitstel te voorkomen, geldt een correctie bij het tweede overlijden. De extra groei boven 6 procent wordt dan alsnog belast bij de kinderen.
Rekenvoorbeeld op hoofdlijnen
Stel, ouders zijn in gemeenschap van goederen gehuwd. Het gezamenlijke vermogen is 600.000 euro. Vader overlijdt, moeder is 66 jaar en er zijn twee kinderen. De nalatenschap is 300.000 euro en er zijn drie gelijke erfdelen van 100.000 euro. De kinderen krijgen elk een vordering op moeder. Omdat moeder nog relatief jong is en er geen rente is afgesproken, stelt de Belastingdienst de contante waarde van de vordering lager vast dan 100.000 euro. Stel dat die waardering per kind uitkomt op 58.000 euro. Na aftrek van de vrijstelling wordt 10 procent geheven over het meerdere in de eerste schijf en 20 procent voor zover boven de tweede schijfgrens, afhankelijk van de exacte bedragen. De door moeder voorgeschoten belasting wordt in mindering gebracht op ieders vordering.
Let op: dit is een geabstraheerd voorbeeld. De exacte waardering vergt toepassing van tabellen en beleid en kan door renteafspraken, testamentclausules en bijzondere bestanddelen sterk variëren. Laat bij twijfel een notaris of fiscalist narekenen.
Vrijstellingen en tarieven 2024 en 2025
Je betaalt pas erfbelasting als jouw verkrijging hoger is dan de vrijstelling. Voor kinderen, stiefkinderen en pleegkinderen waren de vrijstellingen als volgt: 2024 circa 25.187 euro en 2025 circa 25.490 euro. De partner heeft een veel hogere vrijstelling. De tarieven voor kinderen zijn 10 procent in de eerste schijf en 20 procent in de tweede schijf. De grens tussen de schijven lag in 2024 rond 152.368 euro en in 2025 rond 154.197 euro. Voor kleinkinderen liggen de percentages hoger. Controleer altijd het jaar van overlijden, want dat bepaalt welke vrijstellingen en tarieven gelden.
Opeisen van het kindsdeel vóór overlijden van de langstlevende
In de wet en in veel testamenten staan uitzonderingen waardoor de vordering eerder opeisbaar kan zijn. Denk aan faillissement of wettelijke schuldsanering van de langstlevende, een opname in een zorginstelling als dit in het testament zo is bepaald, hertrouwen, het bereiken van een bepaalde leeftijd of een vaste termijn na overlijden. Staat er niets over in het testament, dan geldt meestal dat je tot het overlijden van de langstlevende moet wachten. Een verkoop van het ouderlijk huis maakt jouw vordering niet automatisch opeisbaar, tenzij het testament dat expliciet zegt.
Hertrouwen en de rol van de stiefouder
Als de langstlevende ouder hertrouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat, kan het wettelijk systeem opnieuw betekenen dat alle bezittingen, inclusief de schuld aan de kinderen, bij de nieuwe partner terechtkomen wanneer de langstlevende overlijdt. De kinderen houden dan opnieuw een niet opeisbare vordering op de langstlevende in de nieuwe relatie, die pas vrijkomt na diens overlijden. Voor de erfbelasting volgt de stiefouder de verplichting tot voorfinanciering van de belasting over de kindsdelen, waar dat wettelijk of testamentair is geregeld.
De woning in de nalatenschap
Staat er een woning in de nalatenschap, dan is voor de erfbelasting in beginsel de WOZ-waarde leidend. Dat kan gunstig of ongunstig uitpakken, afhankelijk van de markt. De uiteindelijke verkoopprijs doet in de eerste aangifte niet ter zake. Is er weinig spaargeld en moet er belasting worden betaald, dan kan verkoop nodig zijn om liquiditeit vrij te maken. Meer achtergrond bij een woning erven vind je hier: huis erven en belasting en specifiek bij een afgeloste woning hier: afbetaald huis erven.
Planning: zo beperk je de druk van erfbelasting op het kindsdeel
Testamentaire hulpmiddelen. Met een opvullegaat kan de langstlevende ervoor kiezen het erfdeel van de kinderen bij het eerste overlijden te beperken tot ongeveer de hoogte van hun vrijstelling. De rest gaat naar de partner, die een veel hogere vrijstelling heeft. Met een tweetrapsmaking erven de kinderen bij het eerste overlijden civielrechtelijk niets. Zij erven pas als de langstlevende overlijdt. Daarmee kan bij het eerste overlijden belastingheffing over kindsdelen worden voorkomen, maar het vergt zorgvuldige afwegingen.
Rente over kindsdelen. Het afspreken van 6 procent samengestelde rente leidt er vaak toe dat de eerste heffing bij de kinderen hoger wordt, maar de tweede heffing juist lager door de opgebouwde schuld. Lager dan 6 procent verlaagt de eerste heffing bij de kinderen, maar maakt het voordeel voor de langstlevende fiscaal zichtbaar. Hoger dan 6 procent kan leiden tot een bijtelling bij het tweede overlijden. De keuze hangt dus af van cashflow, gezinssituatie en doelen.
Schenken bij leven. Jaarlijkse en eenmalig verhoogde schenkingen kunnen vermogen verplaatsen en toekomstige erfbelasting temperen. Schenken op papier met renteverplichting kan de nalatenschap drukken, maar vraagt discipline en tijdige uitvoering. Houd rekening met de regels rond schenkbelasting en de documentatie-eisen.
Praktische cashflow. Is de belasting na het eerste overlijden lastig te voldoen, regel dan tijdig uitstel of een betalingsregeling. Let ook op de achtmaandentermijn voor aangifte en de start van belastingrente daarna.
Praktische checklist
- Controleer of er een testament is en vraag een afschrift op bij de notaris.
- Breng de samenstelling van de nalatenschap volledig in kaart en bepaal of er ondernemingsvermogen of bijzondere rechten spelen.
- Bespreek met de notaris of executeur of en welke rente op kindsdelen geldt, en leg dit tijdig vast.
- Maak een globale waardering van de vorderingen en toets aan vrijstelling en tarief van het overlijdensjaar.
- Regel tijdig de aangifte erfbelasting en vraag zo nodig uitstel aan voor betaling.
- Maak afspraken binnen de familie over communicatie, zodat latere discussies worden voorkomen.
- Overweeg tijdig estate planning bij leven van de langstlevende, passend bij doelen en draagkracht.
Veelgemaakte misverstanden
Ik betaal pas als ik geld krijg. In werkelijkheid kan erfbelasting over jouw kindsdeel al verschuldigd zijn direct na het eerste overlijden, ook als je nog niets ontvangt. De langstlevende schiet doorgaans voor.
De langstlevende mag de belasting van de kinderen niet betalen. Juist bij een wettelijke verdeling is dat vaak de bedoeling, en wordt het voorschot verrekend met de vordering van ieder kind.
Verkoop van het huis maakt het kindsdeel altijd opeisbaar. Alleen als het testament dat uitdrukkelijk bepaalt. Anders blijft de vordering meestal pas opeisbaar bij overlijden van de langstlevende of in wettelijke of testamentaire uitzonderingen.
Persoonlijke noot uit de praktijk
In mijn werk zie ik families die rust bewaren omdat ze vroegtijdig duidelijke afspraken hebben gemaakt over rente, opeisbaarheid en communicatie. En ik zie onnodige spanning als er geen zicht is op de liquiditeit om de eerste erfbelasting te betalen. Het verschil zit vaak in drie dingen: tijdig inzicht in de boedel, een passende testamentaire structuur en pragmatische keuzes over cashflow, bijvoorbeeld een betalingsregeling of verkoopbeslissing op basis van een reële marktwaarde. Neem de tijd om dit goed te regelen. Het betaalt zich bijna altijd terug in zowel geld als gemoedsrust.
Het kindsdeel is juridisch gezien helder en fiscaal soms verrassend: erfbelasting kan al direct na het eerste overlijden spelen, terwijl je het geld pas later krijgt. Met een goede waardering, duidelijke renteafspraken en slimme testamentkeuzes voorkom je stress en betaal je niet meer dan nodig. Twijfel je over waardering, vrijstellingen of de timing van betaling, neem dan contact op met een notaris of fiscalist. Verdiep je ook in de gevolgen wanneer er een woning wordt geërfd: huis erven en belasting. Zo regel je het zorgvuldig voor alle betrokkenen.
Wanneer betaal ik erfbelasting over mijn kindsdeel?
Erfbelasting over het kindsdeel is meestal verschuldigd direct na het overlijden van de eerste ouder, ook als je nog niets ontvangt. De vordering op de langstlevende geldt dan als jouw verkrijging. Gaat het om een wettelijke verdeling, dan schiet de langstlevende de belasting doorgaans voor en wordt dit verrekend met jouw vordering.
Wie doet aangifte en wie betaalt bij het kindsdeel?
Zowel de langstlevende als de kinderen doen aangifte als hun verkrijging boven de vrijstelling komt. Bij een wettelijke verdeling betaalt de langstlevende de erfbelasting over de kindsdelen en verrekent dat bedrag met de vorderingen van de kinderen. Kun je niet direct betalen, vraag dan tijdig uitstel aan bij de Belastingdienst.
Hoe wordt de waarde van het kindsdeel voor de belasting bepaald?
De Belastingdienst kijkt naar de contante waarde van jouw vordering op de langstlevende. Die is afhankelijk van diens leeftijd en van de renteafspraak over de vorderingen. Geen of lage rente verlaagt de waarde bij de kinderen en verhoogt die bij de partner. Exact zes procent samengestelde rente neutraliseert dit doorgaans.
Kan ik mijn kindsdeel eerder opeisen, bijvoorbeeld bij verkoop van het huis?
Niet automatisch. Vroegere opeisbaarheid kan volgen uit de wet of uit het testament, bijvoorbeeld bij faillissement, schuldsanering, hertrouwen, opname in een zorginstelling of na een bepaalde termijn. Verkoop van de woning leidt alleen tot opeisbaarheid als het testament die gebeurtenis expliciet noemt.
Welke vrijstelling en tarieven gelden voor het kindsdeel in 2024 en 2025?
Voor kinderen lag de vrijstelling rond 25.187 euro in 2024 en rond 25.490 euro in 2025. Het tarief voor kinderen is 10 procent in de eerste schijf en 20 procent daarboven. De schijfgrens lag in 2024 rond 152.368 euro en in 2025 rond 154.197 euro. Het overlijdensjaar bepaalt welke bedragen gelden.